Werkadvocaten

Hoeveel transitievergoeding bij onderbreking korter dan 6 maanden?

18 maart 2021 Een veel voorkomende situatie in de praktijk: na korte tijd keert werknemer terug bij oude werkgever

Indien de werkgever het initiatief neemt tot beëindiging van een arbeidsovereenkomst, is de werkgever volgens de wet een transitievergoeding verschuldigd.

De wet bepaalt dat arbeidsovereenkomsten die elkaar hebben opgevolgd binnen een periode van 6 maanden voor de berekening van de transitievergoeding de duur van de arbeidsovereenkomsten moeten worden samengeteld.

In de situatie waarover de Rechtbank Midden Nederland op 2 maart 2021 een uitspraak heeft gedaan had de werknemer zelf de arbeidsovereenkomst opgezegd en was na 3,5 maand weer bij de oude werkgever in dienst gekomen.

Iets wat in de praktijk regelmatig voorkomt: de werknemer zegt zelf op en als de nieuwe baan dan tegenvalt, keert de werknemer terug naar de oude werkgever die bereid is de werknemer weer in dienst te nemen. Maar als de werkgever dan vervolgens na enige tijd het tweede dienstverband beeindigt, over welke periode moet de transitievergoeding worden betaald?

Naar de letter van de wet is te verdedigen dat de periode van het eerste dienstverband mee genomen moet worden. Maar is dat redelijk?

Nee, oordeelt de Rechtbank Midden Nederland. Het is op basis van de redelijkheid en billijkheid niet aanvaardbaar om de werkgever een transitievergoeding te laten betalen over de duur van het eerste dienstverband, want dat heeft de werknemer zelf al eens beëindigd.